25 jaar geleden stierf Felix De Boeck, maar zijn legaat leeft nog verder in een museum dat zijn naam draagt en dat op het groene domein ligt, waar hij vroeger boerde, leefde en schilderde. Zijn hoeve, waar ook zijn schildersatelier was, ligt erbij alsof hij zo met de pijp in de mond en op boerenklompen de voordeur zou opendoen. Een perfect gerestaureerd 18de eeuws pareltje, waar de tijd stil lijkt te staan.
Felix De Boeck leefde in een tijd waar er veel fundamenteel veranderde, zowel sociaal en economisch als in de artistieke beeldtaal. Hijzelf ging met verandering vrij eigenzinnig om, los van conventies, en ging koppig tegen de stroom in. Hij volgde het ongedwongene van de natuur, wat hij contempleerde in een levenswijze. In tijden waar massaal op rendabelere laagstamfruitbomen werd overgegaan, bleef hij verder oogsten in zijn hoogstamboomgaard, die door zijn ouders en grootouders werd geplant. Deze boomgaard is vandaag beschermd.
Van maandag tot en met zaterdag werkte hij op het land en maakte hij reeds voorstudies. Op zondag, de dag des Heren, werkte hij in zijn schildersatelier. In zijn werken is de natuur heel vaak een inspiratiebron. Het bevolken van dieren en insecten in zijn abstracte landschappen geeft het startpunt aan van wat later de Genesis-reeks zal heten. Felix bleef ook het liefst onder de kerktoren van zijn geliefde Drogenbos, dat ook veelvuldig in zijn werken voorkomt. Op 24 mei 1924 treedt De Boeck in het huwelijk met Marieke Van Breetwater. Het koppel verliest vier kinderen, een tragiek die hij verwoordt in zijn werken.
‘Ik zocht naar een bestaanszekerheid als mens om mijn kunstenaarsschap veilig te stellen. Met die bedoeling ben ik boer geworden. De romantische voorstelling van Felix De Boeck als de boer die schildert, zou misschien kunnen omgekeerd worden in de meer nuchtere voorstelling van Felix De Boeck als kunstenaar die boert. Maar wat is een woord of wat is een zin? Laat sommige vrienden hierover discussiëren. Vijftig jaar geleden heb ik gekozen en ik heb er nooit spijt van gehad. Als boer leef ik in de open lucht, de natuur is mij toevertrouwd en het wonder van het licht is een dagelijkse ervaring.’